| Inschrijven | Uitschrijven | version française

Inleiding

“Het is met veel plezier dat ik u de eerste E-Newsletter van de Dienst voor het Strafrechtelijk beleid toestuur.

Deze tweemaandelijkse nieuwsbrief zal u op de hoogte houden van onze verschillende activiteiten.

Via dit eerste nummer nodig ik u ook graag uit om onze vernieuwde en volledig opgefriste internetsite te bezoeken: www.strafrechtelijkbeleid.be! Dankzij een specifieke rubriek kunt u er deze nieuwsbrief raadplegen. Ook kunt u er zich op inschrijven.

De website biedt een overzicht van de opdrachten en activiteiten van de Dienst en bevat essentiële informatie om de huidige inzet van het strafrechtelijk beleid beter te kunnen begrijpen. Elk door de Dienst behandeld fenomeen komt er aan bod. Ook de strafrechtsketen wordt er in haar totaliteit behandeld. U vindt er tevens een lijst met publicaties van onze Afdeling "Research & Development".

Deze website biedt zonder enige twijfel het beste beeld van deze globale visie op justitie en veiligheid die het kenmerk en de drijfveer van de Dienst vormt.

Voor bijkomende informatie blijf ik, samen met mijn medewerkers, tot uw dienst.

Veel leesplezier!”

Diane REYNDERS,
Adviseur-generaal voor het Strafrechtelijk beleid

In deze E-Newsletter

De Dienst voor het Strafrechtelijk beleid
in het kort…

De Dienst voor het Strafrechtelijk beleid (DSB) is een autonome dienst onder de bevoegdheid van de Minister van Justitie die instaat voor het uitvaardigen van richtlijnen voor het strafrechtelijk beleid.

De hoofdopdracht van deze in 1994 opgerichte Dienst is dus adviezen te formuleren, op eigen initiatief of op uitdrukkelijk verzoek van de Minister oriëntaties voor het strafrechtelijk beleid voor te stellen en in de nodige middelen voor de uitvoering en de organisatie ervan te voorzien.

De Dienst moet, op het vlak van preventie, repressie en strafuitvoering, ook de activiteiten van de verschillende actoren van de veiligheidsketen (politie, Openbaar Ministerie, zittende magistratuur, justitiehuizen en strafinrichtingen) laten overeenstemmen.

Bovendien biedt de Dienst sinds meerdere jaren ook wetenschappelijke ondersteuning aan de uitwerking van een kwaliteitsvolle organisatie binnen de parketten. De bedoeling is de doeltreffendheid van het opsporings- en vervolgingsbeleid van het Openbaar Ministerie beter te waarborgen en te verhogen. Deze activiteiten komen in talrijke publicaties van de Dienst aan bod.

Een nieuwe Kadernota Integrale Veiligheid ...

In navolging van de Kadernota Integrale Veiligheid 2004 hebben de Dienst voor het Strafrechtelijk beleid, de Algemene Directie Veiligheid en Preventie (FOD Binnenlandse Zaken), en het Directoraat-generaal Mobiliteit en Verkeersveiligheid (FOD Mobiliteit en Vervoer) in 2007 een nieuwe beleidscyclus opgestart voor een integrale en geïntegreerde veiligheidsaanpak. Dit resulteerde in een omvangrijk beleidsvoorbereidend document met voorstellen van mogelijke beleidsprioriteiten.

In het regeerakkoord van maart 2008 van de regering Leterme I en in de Beleidsverklaring van de Minister van Justitie van april 2008 is dan politiek bepaald dat een nieuwe Kadernota Integrale Veiligheid zal worden opgesteld. Na overleg met de beleidscellen van Justitie en Binnenlandse Zaken hebben de betrokken diensten ondertussen een concreet voorstel van kadernota uitgewerkt.

Hierin stelt de federale regering beleidsinitiatieven voor binnen 10 actiedomein. Daarnaast richt de kadernota zich ook op het versterken van de veiligheidsketen. De kadernota zal de prioriteiten van het Nationaal Veiligheidsplan 2008-2011 in een ruimer kader plaatsen, zonder echter nieuwe prioriteiten toe te voegen of deze prioriteiten te wijzigen.

Voor meer informatie:

An Raes
02/542.74.21
an.raes@just.fgov.be

Beleidsontwikkeling
en beleidsvertaling

De Interdepartementale Coördinatiecel ter bestrijding van mensensmokkel en mensenhandel hervat haar werkzaamheden.

Onder het voorzitterschap van de Minister van Justitie en in het bijzijn van de Minister van Migratie- en Asielbeleid is de Interdepartementale coördinatiecel ter bestrijding van mensensmokkel en mensenhandel op 25 juni laatstleden samengekomen.

De agenda zag er als volgt uit:

• Presentatie en bespreking van het nationaal actieplan ter bestrijding van de mensenhandel dat door het Bureau van de Interdepartementale Cel werd opgesteld waarvan de DSB voorzitter is. Dit document benadrukt de belangrijke punten en projecten die tijdens de komende tien jaar zouden moeten worden ontwikkeld en omschrijft talrijke voorstellen, zowel op het vlak van preventie als repressie en slachtofferhulp. Dit actieplan werd op 11 juli laatstleden door de ministerraad goedgekeurd.
• Presentatie van het ontwerp van een nieuwe omzendbrief inzake het uitwerken van een multidisciplinaire samenwerking met betrekking tot de slachtoffers van mensenhandel en/of van bepaalde zwaardere vormen van mensensmokkel.
• Beslissing over de wijziging van de wetgeving tot oprichting van het Informatie- en Analysecentrum Mensensmokkel en Mensenhandel (IAMM) om de toegang tot en de uitwisseling van gegevens tussen de partners te vereenvoudigen.
• Onderzoek van de mandaten van drie nieuwe werkgroepen. De eerste werkgroep zal belast zijn met het opstellen van een specifieke richtlijn betreffende de strijd tegen de mensensmokkel, naar het voorbeeld van de richtlijn die reeds voor mensenhandel bestaat. Een tweede werkgroep zal zich bezighouden met de moeilijkheden rond het beroep op tolken in dossiers van mensenhandel. De laatste werkgroep zal nadenken over het opzetten van initiatieven inzake preventie en informatie.

Mensenhandel en mensensmokkel

Voor meer informatie:

Jean-François Minet
02/542.74.20
jean-francois.minet@just.fgov.be

Seksueel misbruik van minderjarigen

De Dienst voor het Strafrechtelijk beleid evalueerde tussen 2005 en begin 2007 de wetten van 1995 en 2000 inzake zeden en enkele verwante juridische instrumenten.

De DSB werd in deze taak bijgestaan door een begeleidingsgroep die belast werd met het opvolgen van het verloop van de evaluatie, het formuleren van aanbevelingen en het nemen van een standpunt met betrekking tot elke problematische kwestie.

Het gaat voornamelijk om een kwalitatieve evaluatie die weliswaar gebaseerd is op beschikbare statistieken. Deze bestudeert de nagestreefde doelstellingen en mogelijke hinderpalen bij het opzetten van de geëvalueerde instrumenten.

In deze evaluatie komen aan bod: verschillende aspecten van de procedure, bepaalde specifieke misdrijven (bijvoorbeeld het verkrijgen van ontucht of de prostitutie van een minderjarige), de opvolging van de daders (behandeling, ...) of de samenwerking met de leveranciers van internetdiensten.

In 2007 keurde de begeleidingsgroep de resultaten van de evaluatie goed en toonde in het bijzonder een aantal problemen aan met betrekking tot het productieproces van statistieken, de wetenschappelijke kennis van recidive, de problematiek van jonge plegers van misdrijven van seksuele aard, de begeleiding en behandeling van plegers van dergelijke misdrijven, de adviezen die gespecialiseerde diensten moeten leveren, het audiovisuele verhoor van minderjarigen die slachtoffer of getuige zijn van misdrijven, ...

Een samenvatting van de evaluatie (20 pagina's) formuleert aanbevelingen die meer bepaald als uitgangspunt zullen dienen voor de acties die ter zake door de regering, zowel in termen van preventie als repressie en opvolging, moeten worden gevoerd.

Om deze evaluatie te raadplegen in het Frans (PDF van 4.5 mb):
www.strafrechtelijkbeleid.be.

Een artikel van C. Falzone en F. Gazan over kinderpornografie werd tevens in het Journal des Tribunaux nr. 6313 van 31 mei 2008 gepubliceerd.

Voor meer informatie:

Joke Rutten
02/542.74.79
joke.rutten@just.fgov.be

Verkeersveiligheid

Uitwerken van een strafrechtelijk beleid voor verkeersslachtoffers

Begin 2008 rondde de Dienst de interviews met alle politieparketten af. Dit gebeurde in het kader van het project dat sinds meerdere maanden wordt gevoerd met het oog op het ontwikkelen van een strafrechtelijk beleid voor slachtoffers van verkeersongevallen met doden of zwaargewonden.

De Dienst vatte de resultaten van deze interviews in een beleidsverslag samen. Dit geeft een uniek beeld van wat het gevoerde strafrechtelijke beleid betreffende de behandeling van verkeersslachtoffers zal bieden.

Vervolgens zal dit verslag de basis vormen voor het opstellen van een draaiboek voor de verschillende actoren van de strafrechtsketen die bij zware verkeersongevallen optreden.

Dit draaiboek zal een bijzonder praktisch instrument vormen dat de taken van de verschillende actoren duidelijk afbakent. De leidraad zal de afgelegde weg van het dossier zijn, vanaf het moment van het ongeval tot en met de verschijning voor de feitenrechter, waarbij bijzondere aandacht naar de behandeling van slachtoffers en hun naasten uitgaat, teneinde een secundaire victimisering te vermijden.

Voor meer informatie:

Marie-Rose Broucker
02/542.74.27
marie-rose.broucker@just.fgov.be

Christel Defever
02/542.74.56
christel.defever@just.fgov.be

Intrafamiliaal geweld

De Dienst presenteerde de resultaten van de evaluatie van omzendbrief Col. 4/2004 betreffende het strafrechtelijk beleid inzake intrafamiliaal geweld tijdens een studiedag op 9 juni laatstleden in Brussel. Dit gebeurde op initiatief van de werkgroep die in de schoot van het College van procureurs-generaal over deze problematiek is opgericht en in samenwerking met het Nationaal Forum voor slachtofferbeleid.

De Dienst is belast met de evaluatie van de toepassing van deze omzendbrief. Er moet onder meer worden nagegaan of de middelen waarover parketten, politiediensten en justitiehuizen beschikken toereikend zijn om het voorgestelde multidisciplinaire interventiemodel echt te kunnen toepassen. Ook de opvangmogelijkheden van de slachtoffers en daders van dit soort geweld worden geëvalueerd.

Het globale verslag wordt gefinaliseerd.

Tijdens deze studiedag verzamelden de organisatoren verschillende bij de materie betrokken actoren: vertegenwoordigers van de betrokken ministeriële beleidscellen en van de lokale politie, referentiemagistraten, directeurs van justitiehuizen, ...

Een tweede gelijksoortige dag is eind 2008 gepland om voorstellen te formuleren om de toepassing van Col. 4/2006 op het terrein te verbeteren en te vergemakkelijken.

Voor meer informatie:

Bert Vermeulen
02/542.74.39
bert.vermeulen@just.fgov.be

R&D / Statistiek

Dit onderzoek, gevoerd op vraag van de Adviseur-generaal voor het Strafrechtelijk beleid door het Afdeling R&D van de Dienst, heeft betrekking op de meerwaarde van een parketbeleidsplan bij de uitwerking van een kwaliteitsvol strafrechtelijk beleid ter ondersteuning van de magistratuur.

Door middel van een literatuurstudie en diepte-interviews werden de percepties en standpunten verzameld van een vijftigtal bevoorrechte getuigen (magistraten, FOD Justitie, academische wereld, beleidscel, lokale en federale politie, ...) over een hele reeks vragen met betrekking tot de definiëring, de afbakening, de meerwaarde, de kritieke succesfactoren van het parketbeleidsplan, alsook de plaats van het parketbeleidsplan binnen de bestaande beleidscyclus, de uitvoering van het parketbeleidsplan in de praktijk en ten slotte de evaluatie ervan.

Dit onderzoek is voortaan beschikbaar in het Nederlands:

THOMAES S., DEVROE E.;
Naar een parketbeleidsplan voor de parketten van eerste aanleg,
Antwerpen, Maklu, 2008, 226 p.

De Franstalige versie zal tegen eind 2008 beschikbaar zijn.

Naar een parketbeleidsplan voor de parketten van eerste aanleg

Voor meer informatie:

Stefan Thomaes
02/542.74.62
stefan.thomaes@just.fgov.be

Kwaliteit onderzocht. Evaluatieonderzoek van een kwaliteitsmeting binnen het parket

Dit onderzoek werd in 2006-2007 gevoerd en had een dubbele doelstelling. Enerzijds beoogde het een nulmeting door te voeren die de perceptie en kennis van de magistratuur en de parketadministratie met betrekking tot kwaliteit in kaart brengt. Anderzijds wou dit onderzoek het IKZ-model in 4 pilootparketten (Dendermonde, Mechelen, Hoei en Charleroi) testen.

De publicatie van dit onderzoeksrapport dat door de Afdeling R&D van de Dienst werd gerealiseerd, is voortaan beschikbaar in het Nederlands:

DEVROE, E., DE KEULENAER, S.,
Kwaliteit onderzocht. Evaluatieonderzoek van een kwaliteitsmeting binnen het parket.
Gent, Story Publishers, 2008, 148 p.

De Franstalige versie wordt tegen eind 2008 verwacht.

Op basis van de resultaten van dit onderzoek werd een specifiek kwaliteitsmodel voor het Openbaar Ministerie ontwikkeld. Dit werd in een publicatie opgenomen:

DE KEULENAER, S. ; DEVROE, E.,
Kwaliteit meten binnen het parket. Handleiding voor een kwaliteitsmodel op maat.
Politeia, Brussel, 2007, 165 p.

In navolging van de 4 pilootparketten, zijn de parketten van het ressort van het hof van beroep van Gent, met de steun en begeleiding van de Afdeling R&D van de Dienst, reeds overgegaan tot de toepassing van dit kwaliteitsmodel op maat.

Voor meer informatie:

Saaske De Keulenaer
02/542.74.58
saaske.dekeulenaer@just.fgov.be

Verantwoordelijke uitgever:
Diane Reynders
Adviseur-generaal voor het Strafrechtelijk beleid

Dienst voor het Strafrechtelijk beleid
Hallepoortlaan 5-8
1060 Brussel

Redactrice en contactpersoon Fr : Stéphanie Baumans | 02/542.74.50
Contactpersoon Nl : Nika Spriet | 02/542.74.65

Webmaster : Nicolas Kontossis
Vertalers : Olivia Glorieux en Fabyan De Groodt